Bijdrage aankoop voormalig schoolgebouw te Rijsoord

Voorzitter, 

In gedachten gaan we even terug naar de dag dat Nederland zich (met uitzondering voor de provincie Zeeland) over gaf. ‘Het was geen grote menigte. Veel bewoners waren bang en bleven liever thuis’, aldus Rijsoordenaar M. van Ooijen. ‘Er werd gefluisterd over de komst van Winkelman, maar niemand wist precies wat er aan de hand was’. De Duitse kranten maken  
het daags erna allemaal veel mooier dan het was. ‘Alle inwoners van Rijsoord zijn op de been. Ook is er veel volk uit de omliggende plaatsen komen toestromen. De meesten zijn op de fiets gekomen. Met ziet niets dan vrolijke gezichten’. De Nederlandse generaal wordt bij het hek van de school opgewacht door zijn Duitse collega George von Kuchler, die hem na het voorstellen naar binnen geleidt. ‘Door een lange gang kwamen we in het achterste schoollokaal waar aan een tafel een stuk of vijftien officieren zaten. Voor ons, De Nederlanders, waren zes stoelen geplaatst, aldus de beschrijving die Schepers later geeft. Deze korte terugblik heb ik kunnen geven door te citeren uit een uitgave van de Stichting Oud Ridderkerk (SOR) met als titel ‘Ridderkerk en de Tweede Wereldoorlog’. 

Het behoeft wat de SGP betreft geen verder betoog dat het voormalig schoolgebouw waar wij vanavond over debatteren gelet op de (nationaal)cultuurhistorische waarde die het heeft, (1) behouden dient te blijven, (2) tevens voor publiek toegankelijk blijft en (3) ook bij verkoop als eerste aan de gemeente te koop moet worden aangeboden. Gelukkig dacht het college in de jaren 1995 en 1996 er toen ook al zo over. Was echter indertijd de zgn. ‘derdenwerking’ in de akte van levering door de gemeente goed geborgd, dan was deze vergadering wat de SGP betreft op dit moment niet nodig geweest. Want hoe wenselijk is het om een voormalig schoolgebouw aan de gemeentebezittingen toe te voegen?  

Omdat het blijkbaar niet is gelukt om als college en eigenaar overeenstemming te krijgen over de mogelijkheid dat de eigenaar aan ander dan de gemeente verkoopt, onder voorwaarde dat de 3 eerder door mij benoemde punten zijn geborgd, ziet de SGP geen andere mogelijkheid dan het voormalig schoolgebouw aan de Rijkstraatweg 101 aan te kopen. Op deze manier wordt het voormalig schoolgebouw voor een breed publiek veiliggesteld. De motie van 18Plus dient wat ons betreft eenzelfde doel en kan dan ook op onze steun rekenen.  

Blijkt een doorverkoop er echter niet in te zitten, dan zal een zorgvuldig proces moeten uitwijzen wat er na aankoop met het voormalig schoolgebouw moet gebeuren. Een proces waar, zoals ook in het raadsvoorstel staat, een projectmatige aanpak garant voor moet staan. Dit met als doel het juridisch en organisatorisch borgen van het behoud en de openbare toegankelijkheid van deze cultuurhistorische locatie.  

Het overnemen van een woonhuis en inventaris is wat de SGP betreft niet aan de orde en dus terecht buiten het voorstel gelaten. Wat overigens niet wegneemt dat de museale collectie en opstelling van klaslokaal en de capitulatie als passend bij de context kan worden gezien.  

Voorzitter, dan nog even terug naar het klaslokaal op die bewuste 15 mei 1940. En ik citeer opnieuw uit de al eerder genoemde uitgave: ‘Von Kuchler opent de bijeenkomst met een korte toespraak, waarmee hij zijn hoogachting uitspreekt voor de geboden weerstand van de Nederlandse krijgsmacht. Volgens generaal-majoor Van Voorst tot Voorst reageert Winkelman met niet meer dan twee woorden: ‘Ich danke’. De reeds opgestelde capitulatievoorwaarden zijn aansluitend voorgelezen. Langdurige onderhandelingen zijn daar in de school niet meer over gevoerd. Toch werd het nog een lange sessie omdat Winkelman bezwaar maakte tegen enkele passages*.  

Rijsoord werd onverwacht getuige van de capitulatie.  
 
Wij kunnen tot slot niet anders stellen dan dat de huidige eigenaar met verve de herinnering aan dit moment al vele jaren heeft levend gehouden. En wat de SGP betreft krijgt dit ook een vervolg. ‘Opdat we niet vergeten’, zou onze voorzitter zeggen.  

Dank u wel. 

(Dit raadsvoorstel is uitgesproken door Daan Kardol, tijdens de raadsvergadering op 08 april 2021, agendapunt 2, alléén de uitgesproken tekst geldt)